Per saldo kan het bedrijfsleven een lastenverlichting van 275 miljoen euro tegemoet zien. Dat is de balans die ondernemend Nederland kan opmaken naar aanleiding van Prinsjesdag 2005.
PricewaterhouseCoopers Belastingnieuws heeft de maatregelen voor u op een rij gezet:
1. Het vennootschapsbelastingtarief gaat omlaag naar 29,6 procent (31,5 procent in 2005). Het ‘tariefopstapje’ over de eerste 22.689 euro winst gaat daarbij naar 25,5 procent. In 2007 gaat het vennootschapsbelastingtarief naar 29,1 procent en het tariefopstapje naar 24,5 procent.
2. De kapitaalsbelasting vervalt per 1 januari 2006
3. Bedrijfsoverdrachten in de familiesfeer worden vereenvoudigd doordat de vrijstelling van overdrachtsbelasting wordt uitgebreid naar broers, zussen, pleeg- en stiefbroers en hun echtgenoten
4. Een vereenvoudiging van de loonadministratie door samenvoeging van de belasting- en premieheffing (één loketbenadering)
5. Versoepeling van de fiscale regels voor de inkoop van eigen aandelen voor beursgenoteerde vennootschappen
6. Extra budget voor speur- en ontwikkelingswerk. Daarnaast kan S&O-werk in andere EU-lidstaten ook kwalificeren voor deze faciliteit (afdrachtvermindering loonheffing voor S&O-werk)
7. Verhoging van het maximum in de giftenaftrek voor ondernemingen in de vennootschapsbelasting van zes naar tien procent van de winst
8. Uitbreiding en versoepeling van de zogeheten tonnageregeling in de scheepvaartsector. Zo valt ook scheepsmanagement onder deze regeling. De versoepeling betreft het vlagvereiste voor bepaalde schepen
9. Beleggingsinstellingen mogen naast banken en verzekeraars levensloopregelingen uitvoeren. Deze instellingen moeten daarbij voldoen aan de voorwaarde van voldoende toezicht en de doelstellingen van de levensloopregelingen
10. Beperking van de aftrek van gemengde kosten (uitgaven voor voedsel, representatie en congressen e.d.) voor ondernemingen in de vennootschapsbelasting. Ondernemingen in de vennootschapsbelasting krijgen voor wat betreft de kostenaftrekbeperking een keuzemogelijkheid: geen aftrek van 25 procent van de werkelijk gemaakte gemengde kosten of van 0,4 procent van het belastbare loon van alle werknemers tezamen met een minimum van 4.000 euro
11. De aftrek van ‘afwaarderingsverliezen’ vervalt. De aftrek stelde bedrijven in staat om onder bepaalde omstandigheden een waardeverlies van een dochteronderneming gedurende de eerste vijf jaar na aankoop van de dochter tijdelijk ten laste van de winst te brengen.
Vakstudienieuws meldt verder dat de mogelijkheid periodieke (verzamel)facturen uit te reiken ook van toepassing wordt op ongelijksoortige prestaties. Bij elektronisch factureren vervalt het vereiste van een papieren afstemmingsoverzicht.