Werknemers die het gedeblokkeerde spaarloontegoed voer 2001-2004 voor 31 december 2005 terugstorten op de geblokkeerde rekening, kunnen blijven gebruikmaken van de vrijstelling voor de vermogensrendementsheffing in box 3.
Werknemers die het gedeblokkeerde spaarloontegoed voer 2001-2004 voor 31 december 2005 terugstorten op de geblokkeerde rekening, kunnen blijven gebruikmaken van de vrijstelling voor de vermogensrendementsheffing in box 3.
Dat heeft het Ministerie van Financiën bekendgemaakt. Per 1 september jongstleden is het spaarloon over de jaren 2001 tot en met 2004 volgens een ministerieel besluit gedeblokkeerd. Werknemers kunnen deze spaartegoeden vrij opnemen. Deblokkeren houdt niet in dat werknemers de spaartegoeden ook daadwerkelijk moeten opnemen. Doorsparen is toegestaan en bovendien fiscaal voordelig want spaarloon is vrijgesteld voor de vermogensrendementsheffing (vrijstelling box 3).
Het kan voorkomen dat uitvoerders van spaarloonregelingen (waaronder spaarinstellingen) spaarloontegoeden (al of niet op eigen initiatief) hebben uitgekeerd aan werknemers. Als een werknemer het uitgekeerde spaartegoed vóór 31 december 2005 heeft terugstort op de geblokkeerde rekening -waardoor partijen zich aan het spaarlooncontract blijven houden- komen deze spaartegoeden nog steeds in aanmerking voor de vrijstelling in de vermogensrendementsheffing.
Geblokkeerde spaartegoeden, aandelenoptierechten, aandelen en winstbewijzen die een werknemer aanhoudt op grond van een spaarloonregeling, zijn vrijgesteld van vermogensrendementsheffing tot een gezamenlijk bedrag van maximaal 17.025 euro (jaar 2005), aldus Belastingnieuws e-zine van PricewaterhouseCoopers.