De motie met het verzoek om een vorm van levensloopregeling voor zelfstandigen te introduceren wordt niet uitgevoerd.
In een brief aan de Tweede Kamer hebben staatssecretaris Wijn van Financiën en minister De Geus van SZW de belangrijkste overwegingen daarvoor weergegeven. De levensloopregeling is namelijk bedoeld als inkomensvoorziening tijdens perioden van onbetaald verlof. Verlof is onlosmakelijk verbonden met de contractueel overeengekomen arbeidsverplichting van de werknemer. Bij zelfstandigen ontbreekt deze arbeidsverplichting en kan er dus ook geen sprake zijn van verlof. Doordat de natuurlijke belangentegenstelling tussen werkgever en werknemer ontbreekt, zou de regeling niet controleerbaar en niet te hanteren zijn. Voor de levensloopregeling als oudedagsvoorziening verwijzen de bewindslieden naar de fiscale oudedagsreserve. Deze biedt voor zelfstandigen dezelfde mogelijkheden voor vervroegde uittreding als de levensloopregeling voor werknemers.