De eisen rond de rapportage van operationele risico’s zoals die zijn opgenomen in de Code Tabaksblat worden mogelijk afgezwakt.
Dat stelt Het Financieele Dagblad op basis van uitspraken die Jean Frijns , voorzitter van de Monitoring Commissie, heeft gedaan tijdens een congres. Deze commissie toetst de bruikbaarheid van de Code Tabaksblat. Eind dit jaar komt Frijns met zijn definitieve bevindingen en zal daarbij eventuele aanpassingen van de code voorstellen.
Frijns overweegt om de eis te verlichten dat bestuurders verklaren dat de werking van hun operationele risicosysteem effectief is. Tevens bekijkt Frijns of de verslaglegging van de operationele risicosystemen moet worden afgezwakt. ‘Het is goed dat het hele proces rondom de financiële rapportage controleerbaar is. Of dit ook voor de operationele risicosystemen moet gelden is onzeker.’ Frijns benadrukt wel dat het om voorlopige discussiepunten binnen zijn commissie gaat.
Het zogenoemde ‘in control statement’ wordt algemeen gezien als de zwaarste eis binnen de Code Tabaksblat. Van bestuurders wordt gevraagd dat ze in hun jaarverslag verklaren dat de interne risicobeheersings- en controlesystemen adequaat en effectief zijn. Bestuurders vrezen zware juridische gevolgen als blijkt dat hun risicosystemen toch niet waterdicht zijn.
Kritisch is Frijns ook over het beloningsbeleid van bedrijven. Hij oppert een vergelijking op Europees niveau. Ook moeten de doelen die voor de cash bonus gelden duidelijker worden.
Verder ziet Frijns verbeteringen van de Tabaksblat-aanbevelingen rond de aandeelhoudersvergadering. Hij hoopt op meer ruimte voor regelmatig overleg tussen institutionele beleggers en bedrijven. ‘Nu staat de strenge voorkenniswetgeving dat in de weg. We denken aan voorstellen richting Den Haag en de Autoriteit Financiële Markten voor een betere duiding van deze wet.’