Het outsourcen van specifieke bedrijfsactiviteiten is gemeengoed geworden. Drie op de vier organisaties heeft taken uitbesteed. Van de organisaties die niet aan outsourcing doen, is de overgrote meerderheid (90%) dat ook niet van plan. Daarmee kan geconcludeerd worden dat het fenomeen outsourcing volwassen is geworden.
Dat blijkt uit de oktober-editie van de INSINC Procurement Survey onder de top500 van het Nederlandse bedrijfsleven. Aan het onderzoek hebben de hoofdverantwoordelijken voor Inkoop (Hoofd Inkoop, Inkoopmanager, Purchasing manager, Chief Purchasing Officer) uit ongeveer 110 organisaties met meer dan 500 medewerkers meegedaan. Ongeveer 90% van de respondenten heeft de vragen over outsourcing beantwoord, meestal de grotere organisaties.
“Nieuwe ‘gebruikers’ van enige omvang zijn niet te verwachten. De groei van de markt moet derhalve komen van bedrijven die meer gaan uitbesteden dan ze momenteel doen,” zegt Geert de Ruijter, partner bij inkoopaviesbureau INSINC. “Dat vraagt een omslag in de marktbenadering van de outsourcing bedrijven. First time users hebben een andere aanpak nodig dan meer ervaren opdrachtgevers.”
“Wij zien dat bedrijven bewuster omgaan met outsourcing en meer doordacht keuzes maken. Bedrijven halen in toenemende mate activiteiten weer terug in eigen huis. Bijvoorbeeld ICT is vaak van strategisch belang geworden. Bedrijven kiezen er dan voor dit weer zelf te doen. Hetzelfde geldt voor klantcontacten. Ook kan de schaal een rol spelen. Als je zelf maar omvangrijk genoeg bent, kun je niet meer profiteren van de schaalgrootte bij een outsourcing partner.”
Uit INSINC’s onderzoek blijkt verder dat slechts een zeer kleine minderheid (10%) van de responderende bedrijven kernactiviteiten buiten de deur heeft gedaan. Kijkend naar de motieven voor uitbesteding, dan houden kostenbesparingen (42%) en keuze voor de kwaliteit van specialisten (46%) elkaar ongeveer in evenwicht. Het derde motief dat uit het onderzoek naar voren kwam, is het gebrek aan interne capaciteit om de uitbestede taken zelf te doen (10%). De Ruijter: “Tot een paar jaar geleden was het kostenmotief doorslaggevend. Tegenwoordig kijken bedrijven veel meer naar de impact van de uit te besteden activiteiten op de bedrijfsvoering. Als ze concurrentievoordeel bereiken door activiteiten zelf te blijven doen, dan kiezen ze daarvoor.”
Het merendeel van de organisaties (73%) heeft bij de selectie van een outsourcing partner gebruik gemaakt van extern advies. Een op de vier doet het zelf. De afdeling Inkoop speelt bij twee op de drie bedrijven (63%) die aan outsourcing doen een beslissende rol bij de keuze van de outsourcing partner. In de overige gevallen is de rol van Inkoop meer adviserend geweest. Outsourcing trajecten worden meestal geëntameerd door degenen die binnen de organisatie verantwoordelijk zijn voor de betreffende activiteiten. Inkoop speelt dan meer een ondersteunende rol.