Buitenlandse durfinvesteerders zullen zich steeds vaker richten op grote Nederlandse beursgenoteerde bedrijven. Door de grote hoeveelheid beschikbaar kapitaal en het toenemende gebruik van bancaire financiering bij overnames zullen private equity investeerders hun blikveld verleggen van private ondernemingen naar Nederlandse bedrijven met een beursnotering.
Door deze financieringsmogelijkheden komen vrijwel alle Nederlandse beursgenoteerde bedrijven op de radar van financiële kopers. Vooral bij grotere transacties zullen de kopers in de toekomst een Angelsaksische achtergrond hebben. Uit onderzoek van KPMG Corporate Finance blijkt dat de gemiddelde bancaire financiering per private equity transactie tussen 2002 en 2005 met 50 procent is toegenomen.
In 2002 financierden durfinvesteerders ongeveer vier keer het bedrijfsresultaat voor afschrijvingen (EBITDA) bancair. Momenteel is dit bijna zes keer het bedrijfsresultaat voor afschrijvingen. ‘Bij de grotere transacties van meer dan 1 miljard euro is een bancaire financiering van meer dan acht keer EBITDA inmiddels geen uitzondering meer’, constateert Jurgen van Breukelen van KPMG Corporate Finance.
Uit het onderzoek blijkt voorts dat het verschil in waardering tussen private Nederlandse bedrijven en beursgenoteerde ondernemingen steeds kleiner wordt. Van Breukelen: ‘Dit komt tot uitdrukking in de koers-winstverhoudingen van de bedrijven. De gemiddelde koerswinstverhouding van AEX-fondsen bedraagt momenteel 16,2 tegenover een gemiddelde in de Nederlandse private overnamemarkt van 13,4. Daarmee is de zogenoemde private company discount gedaald tot slechts 17 procent. In het verleden bedroeg deze korting voor niet-beursgenoteerde ondernemingen gemiddeld ongeveer 40 procent. Al in het segment vanaf 50 miljoen euro transactiewaarde zie je de afgelopen tijd de waarderingen sterk toenemen. Dit wordt veroorzaakt door de grote hoeveelheid beschikbaar kapitaal bij private equity investeerders en versterkt door de toename van bancaire financiering bij overnames’.