Eén van de speerpunten in het bedrijfsplan van de Belastingdienst zijn de aangekondigde controles. Het aantal belastingcontroles zal worden uitgebreid van 37.000 naar 50.000. De controles zullen met name plaatsvinden in risicovolle branches waarin veel contant geld omgaat, zoals de horeca. Maar ook bezitters van skyboxen en business seats hebben een verhoogde kans om voor een controle in aanmerking te komen. Een gewaarschuwd mens telt voor twee!
Door: mr. Carola van Vilsteren-Maters (zie foto), Van Vilsteren btw-advies in Arnhem
Suppletie-aangifte
Als een ondernemer, bijvoorbeeld tijdens het opmaken van de jaarstukken, tot de conclusie komt dat over een tijdvak te weinig btw op aangifte is voldaan, kan er een zogenoemde suppletie worden ingediend: een vrijwillige verbetering van eerder ingediende aangifte btw. Wanneer een ondernemer tijdig en vrijwillig verbetert en alsnog de verschuldigde btw afdraagt middels een suppletie, kan de inspecteur alleen nog onder voorwaarden een verzuimboete opleggen. Die boete bedraagt hooguit vijf procent van de nog verschuldigde btw met een maximum van 4537 euro. Maar let op: als de ondernemer weet of moet vermoeden dat de inspecteur hem op het spoor is of zal komen, kan er geen sprake meer zijn van een vrijwillige verbetering. De suppletie moet afzonderlijk worden ingediend. Het enkel opnemen van een schuld op de balans voor de te weinig aangegeven en betaalde btw is niet voldoende om van een vrijwillige verbetering te kunnen spreken. Uit de rechtspraak blijkt zelfs dat een boete van vijftig procent op zijn plaats is als de inspecteur tijdens een controle een naheffingsaanslag oplegt op basis van deze balansgegevens.
Let op: deadline!
Als u de suppletie binnen drie maanden na afloop van het jaar betaalt, dus voor 31 maart 2008, hoeft u geen heffingsrente te betalen.
Boetes
Als u te laat aangifte doet of te laat betaalt, loopt u het risico dat u een boete wordt opgelegd. Dit is meestal een verzuimboete. Als u echter met opzet of door grove schuld heeft verzuimd, legt de inspecteur een vergrijpboete op. De inspecteur moet echter wel stellen en bewijzen dat daarvan sprake is. Een vergrijpboete is een zwaar middel dat gericht is op het bestraffen van een handelen of een nalaten. Een vergrijpboete kan oplopen tot honderd procent van het verschuldigde bedrag. De inspecteur die een verzuimboete heeft opgelegd en er later bij een controle achterkomt dat de niet-betaling door opzet is veroorzaakt, kan niet alsnog een hogere vergrijpboete opleggen. Dit geldt echter ook andersom. Indien de inspecteur ten onrechte een vergrijpboete heeft opgelegd, kan hij niet alsnog een verzuimboete opleggen.
De regels voor het opleggen van verzuim- en/of vergrijpboetes zijn vastgelegd in het Besluit Bestuurlijke Boeten Belastingdienst 1998 (BBBB). In het besluit wordt uitgewerkt wanneer welke boete kan worden opgelegd. Bij een verzuimboete moet de reden voor het opleggen van de boete worden medegedeeld en het aantal verzuimen waarop de berekening van de boete is gebaseerd. Bij vergrijpboeten moet naast de reden van de boete ook worden aangegeven waarom wordt aangenomen dat sprake is van opzet of grove schuld en de bijzondere omstandigheden die tot matiging of verhoging van de schuld hebben geleid.
Voordat de inspecteur u een vergrijpboete kan opleggen, moet hij u eerst schriftelijk (bijvoorbeeld in een controlerapport) in kennis stellen van de redenen waarom hij u een boete wil opleggen. U krijgt dan een redelijke termijn om hierop te reageren. Pas na het verstrijken van die termijn beslist de inspecteur definitief of hij u een vergrijpboete oplegt. Als hij daartoe overgaat, wordt de boete bij voor bezwaar vatbare beschikking opgelegd. Dat gebeurt meestal tegelijk met de vaststelling van de naheffingsaanslag. De vergrijpboete bedraagt 25 procent van de verschuldigde belasting bij grove schuld en 50 procent bij opzet. Alleen in bijzondere omstandigheden legt de inspecteur een lagere of hogere boete op. De boete kan oplopen tot maximaal honderd procent.
Verantwoordelijk
Tot 1 december 2006 was u verantwoordelijk als een derde, die namens u optreedt, niet aan zijn verplichtingen voldeed. Op 1 december 2006 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat opzet of grove schuld van een belastingadviseur niet meer automatisch aan u kan worden toegerekend.<
