
Een simpeler en milder belastingregime. Vraag de directeur-grootaandeelhouders en directieleden van familiebedrijven naar hun grootste wens, en in bijna alle gevallen is het antwoord gelijk. Liefst 82 procent van de dga’s en directieleden die door PwC werden ondervraagd voor een wereldwijd ‘family business’- onderzoek gaf aan graag een versimpeling te zien van de belastingregels of een vermindering van de belastinglast die op hun schouders drukt.
PwC deed onderzoek onder zestienhonderd directeur-grootaandeelhouders (dga’s) en directieleden van familiebedrijven in 35 landen, waaronder Nederland. De resultaten van het ‘family business’-onderzoek zijn gepubliceerd in het rapport Kin in the game.
Opvallend is dat meer dan de helft van de familiebedrijven (56 procent) roept om hardere compliance. Tegelijkertijd zou 50 procent van de ondervraagde bedrijven graag een betere samenwerking zien tussen de bedrijfssector waarbinnen zij opereren en de wetenschap (universiteiten, academici), ten behoeve van de productontwikkeling.
<br />Kritiek
Slechts 24 procent vindt dat de regering genoeg heeft gedaan om de zakengemeenschap te steunen tijdens de recessie. 47 procent beoordeelt de maatregelen die door regeringen zijn getroffen als ‘onvoldoende’, terwijl 24 procent de getroffen maatregelen zelfs als ‘ongepast’ bestempelt. In de opkomende markten is de kritiek op de regering het grootst, hier vindt slechts 17 procent van de respondenten dat ze voldoende gesteund zijn door de regering.
Familiebedrijven zijn onderhevig aan een heel eigen dynamiek. Als er sprake is van een conflict tussen de familieleden, zal dit ook zijn uitwerking hebben op de bedrijfsvoering. Aan de andere kant zal een goede familieband juist een positief effect hebben voor het bedrijf. Zo zullen de loyaliteit aan het bedrijf en de werkmotivatie toenemen. Een succesvol familiebedrijf kent dan ook een goede balans tussen privé en zakelijk en management en eigenaarschap. Toch blijkt dat de meerderheid van de familiebedrijven zich onvoldoende voorbereidt qua opvolging en familietwisten.
Opvolging
Meer dan een kwart (27 procent) van de ondervraagde familiebedrijven zal hoogstwaarschijnlijk binnen de komende vijf jaar van leiding veranderen. Meer dan de helft van deze bedrijven zal naar verwachting binnen de familie blijven. Echter, 47 procent van de bedrijven heeft geen opvolgingsplan. Van de bedrijven die wel een opvolgingsplan hebben, heeft slechts de helft een specifiek iemand aangewezen die het leiderschap zal gaan overnemen.
Het rechtvaardig beheren van het eigenaarschap van het bedrijf en de andere activa van de familie, is minstens even uitdagend als het vastleggen van de bedrijfsopvolging. Slechts drie vijfde van de ondervraagde eigenaren denkt alle activa eerlijk te kunnen verdelen tussen de erfgenamen, met inbegrip van de familieleden die niet voor het familiebedrijf werken. Bij een aanzienlijk aantal bedrijven (62 procent) zijn er geen voorzieningen getroffen voor onverhoopte gebeurtenissen zoals het ernstig ziek worden, of zelfs sterven, van sleutelpersoneel of aandeelhouders. Ook is men vaak niet goed op de hoogte van mogelijke belastingaansprakelijkheden.
Conflicten
Het aantal familiebedrijven dat kampt met interne spanningen is de afgelopen drie jaar behoorlijk toegenomen. Binnen 44 procent van de ondervraagde familiebedrijven zijn er argumenten geweest over de richting die het bedrijf gaat inslaan. Bijna twee vijfde van de respondenten (36 procent) geeft aan discussies te hebben gehad over de performance van familieleden die binnen het bedrijf werkzaam zijn. Opvallend is dat bijna twee derde van de ondervraagde bedrijven familieleden aanneemt, zonder dat zij om hun baan moeten wedijveren met andere sollicitanten. Dit kan de spanningen wellicht verergeren, want wat als het net aangenomen familielid bijvoorbeeld niet naar behoren blijkt te presteren?
Ondanks de toegenomen interne spanningen, heeft slechts 29 procent van alle familiebedrijven procedures opgesteld voor het omgaan met (zakelijke) argumenten tussen familieleden. Hoe kleiner en jonger het bedrijf is, des te kleiner is de kans dat er dergelijke procedures zijn opgesteld. De bedrijven die wel conflictoplossingsprocedures hebben ingevoerd, geven momenteel meestal de voorkeur aan aandeelhoudersovereenkomsten. In 2007 was het instellen van een familieraad nog de meest populaire maatregel voor het duurzaam oplossen van conflicten.
Toename van vraag
Hoewel opmerkelijk veel familiebedrijven de vraag naar hun producten en diensten zagen groeien in de laatste twaalf maanden (48 procent), zag een derde daarentegen de vraag afnemen. Dit totaalbeeld wordt bovendien sterk beïnvloed door de opkomende economieën. Zo geeft de vraagontwikkeling onder Nederlandse bedrijven een veel minder rooskleurig beeld. In Nederland zag 27 procent van de bedrijven een bescheiden groei en 9 procent een significante groei. Maar liefst 49 procent van de Nederlandse familiebedrijven kreeg echter te maken met een afname van de vraag. En ook de winstontwikkeling bij Nederlandse familiebedrijven blijft achter op de wereldwijde trend.
Uitdagingen
Wereldwijd zien familiebedrijven de grootste uitdaging in het aantrekken van geschoold personeel (38 procent), gevolgd door het in de hand houden van kosten en het optimaliseren van hun cash flow (30 procent). De uitdagingen waar de onderzochte Nederlandse bedrijven voor staan wijken daar significant van af. Maar liefst 70 procent van hen ziet een interne reorganisatie in de komende maanden als grootste uitdaging.
Download hier het complete onderzoek (pdf):
Kin in the game: PwC Family Business Survey 2010/11, november 2010