De Raad van Commissarissen (RvC) van Nederlandse bedrijven en organisaties neemt in het kader van de professionaliseringsslag bij dit orgaan een steeds actievere houding aan. Dit blijkt uit een recent onderzoek onder 115 commissarissen naar de huidige en toekomstige rol en positie van de RvC.
Uit het onderzoek blijkt onder meer dat de RvC een toenemende behoefte heeft om te praten met mensen buiten de Raad van Bestuur (RvB) om. Ook wil de RvC haar taak inhoudelijker gaan invullen door een grotere betrokkenheid bij de strategiebepaling en door meer toezicht op operationele activiteiten. Kortom, zij wil dichter bij de business staan.
Dichter bij de business
Het Grant Thornton-onderzoek, uitgevoerd door Aalt Klaassen en prof. Herbert Rijken, laat zien dat de afbakening van bestuurlijke verhoudingen de RvC blijft bezighouden. De RvC lijkt in de nabije toekomst een meer proactieve betrokkenheid te kiezen waarbij ze meer opschuift naar de stoel van de directie. De afzonderlijke rollen tussen RvC en RvB kunnen dan wat diffuus worden, aldus de onderzoekers. Vergaderingen van de RvC zonder deelname van de RvB zijn inmiddels al steeds gebruikelijker.
Ook de noodzaak eenheid van bestuur uit te stralen is bij de beursgenoteerde bedrijven wat minder vanzelfsprekend geworden. Men is zich bij de RvC bewuster van de duale rol ten opzichte van de RvB. De internationale kapitaalmarkt eist dan ook in toenemende mate dat een RvC duidelijkheid verschaft over haar rol bij en toegevoegde waarde voor een bedrijf.
De ‘juiste' informatie
Andere issues waar de RvC veel waarde aan hecht zijn: de informatievoorziening aan de RvC en het vaker en structureler (zelf)evalueren van het functioneren van de RvB en RvC. De onderzoekers verwachten dat deze evaluaties tot meer in- en uitstroom bij de RvC's zullen leiden. Er is sterke behoefte aan inhoudelijke kwaliteit en betrouwbare en ‘juiste' informatie, vooral niet een teveel aan cijfers.
De onderzoekers concluderen dat de Nederlandse Corporate Governance Code leeft bij alle organisaties met commissarissen: van beursgenoteerd en niet-beursgenoteerd tot familiebedrijven, coöperaties, stichtingen en overheidsorganisaties. De grootste professionaliseringsslag lijkt vooral nog bij bedrijven onder de grens van 50 miljoen omzet plaats te moeten vinden.
Jos Streppel: “De Code en het toezicht erop heeft zich in positieve zin als een olievlek verspreid. Ook de niet-genoteerde en kleinere ondernemingen hanteren de code en de uitspraken van de Monitoring Commissie. Zij worden als richtsnoer gebruikt bij het inrichten van het commissariaat. RvC's dragen een grote verantwoordelijkheid en dienen in hun verslag een communicatieslag te maken richting aandeelhouders. Zo is het belangrijk dan men transparanter is over het eigen functioneren
(Bron: Grant Thornton)