
Door het coronavirus derven veel zelfstandige ondernemers, onder wie zzp’ers, inkomsten. Het kabinet ondersteunt hen met een tijdelijke regeling (Tozo), in eerste instantie tot 1 juni 2020. Deze regeling voor zelfstandige ondernemers met financiële problemen wordt uitgevoerd door gemeenten. Inmiddels is de regeling uitgebreid tot en met 30 september. Maar wel met aangepaste voorwaarden.
Lees hier: Zo werkt de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers (Tozo 2)
- de gemeente biedt voor maximaal 3 maanden inkomensondersteuning tot aan het sociaal minimum;
- daarnaast kan een lening voor bedrijfskapitaal worden aangevraagd.
Uitgangspunt is een eenvoudige regeling die het mogelijk maakt dat gemeenten binnen 4 weken na aanmelding kunnen beschikken.
Lees ook: Corona: dit zijn de financiële regelingen voor ondernemers, bedrijven en zzp’ers
Aanvullende uitkering
De contouren van de regeling zijn geschetst in de brief aan de Tweede Kamer van 17 maart. Ondersteuning kan worden aangevraagd in de vorm van een aanvullende uitkering voor levensonderhoud en/of voor bedrijfskapitaal. De uitkering voor levensonderhoud vult het inkomen aan tot het sociaal minimum. Op een lening voor bedrijfskapitaal kan een beroep worden gedaan om liquiditeitsproblemen op te lossen.
Lees ook: Noodloket geopend: zo vraagt u een tegemoetkoming aan
Geënt op het Besluit bijstandverlening zelfstandigen
De Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) is gebaseerd op het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz), maar op punten worden de voorwaarden tijdelijk versoepeld. De regeling wordt uitgevoerd door gemeenten. Zzp’ers die een beroep willen doen op de regeling kunnen daarvoor terecht bij de gemeente waar zij staan ingeschreven. Vanwege de bijzondere situatie wordt de regeling op de volgende punten versoepeld:
- De toets op levensvatbaarheid wordt niet toegepast, waardoor een snelle behandeling van aanvragen mogelijk is.
- Daarmee wordt binnen 4 weken voor een periode van maximaal 3 maanden inkomensondersteuning voor levensonderhoud verstrekt. Daarbij kan er met voorschotten worden gewerkt.
- De inkomensondersteuning voor levensonderhoud hoeft later niet terugbetaald te worden. Er is in deze tijdelijke regeling geen sprake van een vermogens- of partnertoets.
- Bij de verstrekking van een lening voor bedrijfskapitaal wordt de mogelijkheid tot uitstel van de aflossingsverplichting opgenomen.
- Bij de verstrekking van een lening voor bedrijfskapitaal wordt een lager rentepercentage gehanteerd, dan in het Bbz geldt.
Lees ook: Corona: noodpakket banen en economie – loon werknemers en inkomen zzp’ers
Voor wie geldt deze nieuwe regeling Tozo?
De extra tijdelijke ondersteuning voor gevestigde ondernemers is gemaakt voor zelfstandig ondernemers die in de knel komen door de coronacrisis. Voor hen heeft het kabinet financiële ondersteuning beschikbaar gesteld. Het kabinet doet een moreel appel op ondernemers om zich alleen in die situatie te melden.
Meer specifiek gelden de volgende eisen voor de zelfstandige:
- hij heeft als gevolg van de coronacrisis een inkomen onder het sociaal minimum en/of een liquiditeitsprobleem waarvoor hij een bedrijfskrediet nodig heeft;
- hij is tussen de 18 jaar en AOW-gerechtigde leeftijd;
- hij is Nederlander of daarmee gelijkgesteld;
- hij woont in Nederland. Voor ondernemers die buiten Nederland wonen, maar in Nederland hun bedrijf hebben, zal de toegang tot Tozo bedrijfskapitaal geregeld worden via een aparte Ministeriële Regeling;
- het bedrijf is in Nederland gevestigd. Voor ondernemers die in Nederland wonen, maar in het buitenland hun bedrijf hebben gevestigd zal de toegang tot Tozo inkomensaanvulling geregeld worden via een aparte Ministeriële Regeling;
- zijn bedrijf is economisch nog actief, tenzij dit als gevolg van de coronacrisis niet mogelijk is;
- hij voldoet aan wettelijke vereisten voor de uitoefening van het eigen bedrijf; hij is dus onder meer ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel;
- hij is in bezit van alle noodzakelijke vergunningen;
- hij is vóór 17 maart 2020 zijn onderneming gestart en is ingeschreven bij de KvK;
- hij voldoet over 2019 aan het urencriterium (minimaal 1.225 uur werkzaam in het eigen bedrijf of zelfstandig beroep). Mocht de zelfstandige na 1 januari 2019 zijn gestart in de onderneming dan moet hij in ieder geval in de periode tussen inschrijving bij de KvK en indiening van de aanvraag 2020 gemiddeld minimaal 23,5 uur per week aan/in zijn bedrijf gewerkt hebben. Uren ten behoeve van administratie en acquisitie tellen ook mee.
- voor een directeur-grootaandeelhouder (dga) geldt daarbij nog dat hij, alleen of samen met de andere in de bv werkzame directeuren, meer dan 50 procent van de aandelen bezit;
- de uitsluitingsgronden van de Participatiewet zijn niet van toepassing.
Met terugwerkende kracht tot 1 maart
De regeling is vooralsnog voor 3 maanden en kent een looptijd tot 1 juni 2020. De regeling werkt terug tot 1 maart. Beoogd is daarmee de binnenkomst van de aanvragen te spreiden. Als aanvragen gespreid binnenkomen, ontlast dat de gemeente en worden de mensen met de hoogste nood als eerste geholpen. Er is geen ‘budgetlimiet’ of iets dergelijks.
Gepubliceerd op 23 maart 2020, geactualiseerd op 31 mei 2020.