
Nu de eruptieve Coronacrisis mildert, lijkt de overnamemarkt op te leven: hoogste tijd dus voor een balansopname. Vanuit de universiteit kijken we meer van buitenaf dan van binnenuit naar overnames. We stoppen cijfers over financiële markten (reacties van aandeelhouders) en over ondernemingen in onze computers. We kijken kritisch naar die cijfers en laten er statistiek op los. Dat levert nuttige inzichten op. Alom bekend is dat we vragen plaatsen bij de winstgevendheid van overnames. We hebben in dit verband ook iets over de financiering en de betaling ervan te melden. En we weten ook iets, nog niet heel veel helaas, over risico’s versus winstgevendheid.
Stelling 1: overnames leveren financieel niets op
De bovenstaande stelling is fout. Voor de economie als geheel zijn overnames gemiddeld genomen een goede zaak. Dat komt omdat aandeelhouders van het doelwit gewoonlijk goed af zijn, zij krijgen een premie heet het. Aandeelhouders van de jager zitten gemiddeld genomen niet zozeer op winst. Wel kunnen zij winst maken op private markten, volgens een onderzoek van collega’s en mijzelf. En ook bij buitenlandse overnames valt er wel wat te halen, zien wij in de cijfers. En niet helemaal tussen haakjes: dicht het valutarisico bij grote overnames wel af.
Stelling 2: overnames financier je cash uit schulden
Ja, zo ongeveer. Managers kunnen hun informatievoorsprong bekendmaken aan publieke aandelenmarkten via specifieke acties zoals financieringsbesluiten. Schuldfinanciering heeft doorgaans de voorkeur boven aandelenfinanciering voor deals die het hoogste verwachte rendement en de laagste onzekerheid bieden. De keerzijde is echter dat de Coronacrisis heeft geleerd dat schuldfinanciering kwetsbaar kan maken. Managers dichten doorgaans het potentiële verlies bij riskante overnames liever af door te betalen in aandelen, maar willen voordelen van meer waardevolle en minder riskante deals liever behouden door contant te betalen.
Lees ook: Hoe voorkomt u fouten bij het rekenwerk bij overnames?
Stelling 3: overnames verhogen het wanbetalingsrisico
Overnames verhogen het wanbetalingsrisico van de verwerver. Meestal is het risico hoger na de overname, wat consistent is met de vaak slechte koersprestaties achteraf. Dit effect is tegen te gaan door alleen doelwitten te kopen die veel synergie of diversificatie bieden, niet te veel te betalen, een goede financiering aan te gaan en kredietlijnen niet te ver op te rekken, weg te blijven van fusies onder gelijken, en alleen slechte doelwitten te verwerven als een ommekeer nabij lijkt. Wat kan helpen bij diversificatie van risico, is overnemen op een ander continent.
Rol van de controller: meer dan alleen een uitvoerder
We hebben het hier gehad over overnamekwesties waar de controller (boekhouder, treasurer, cfo) wel wat mee heeft. Financieringen, betalingen en risico’s behoren tot diens kerncompetenties. Dan is het ook zaak om de planning en beheersing bij overnames goed in de gaten te houden. Dat maakt de rol van de controller bij overnames, ook in normale tijden, meer dan alleen maar uitvoerend. Goed nadenken over wat er verdiend wordt, hoe het zit met risico, waar het geld vandaan komt en hoe er wordt afgerekend, kun je niet gauw te vroeg doen.
Auteur: Dr. W. (Wim) Westerman is universitair docent bij de Rijksuniversiteit Groningen, waar hij werkt bij de sectie Financiering van de Faculteit Economie en Bedrijfskunde.