
Voor de NOW 2.0 zijn fors minder aanvragen gedaan dan voor de eerste periode. Volgens een enquête die het UWV liet uitvoeren onder werkgevers die wel NOW 1.0 aanvroegen maar niets voor de tweede periode hebben aangevraagd, gaat het bij veel bedrijven goed genoeg om geen tegemoetkoming nodig te hebben.
In de tweede NOW-periode zijn er een stuk minder aanvragen binnengekomen van bedrijven om tegemoet te komen aan de loonkosten van werknemers. Met het eind van de aanvraagperiode in zicht (eind augustus) hebben nu 35.000 bedrijven een aanvraag ingediend. Over de gehele eerste periode waren dat er bijna 140.000. Het was tot nu toe onduidelijk wat de oorzaak was van de lagere interesse: bijvoorbeeld de veranderde tijdsperiode (zomervakantie), de aanvullende regels of omdat bedrijven in een schrikreactie in maart en april meer aanvragen deden dan nodig was. Het UWV liet een enquête uitvoeren om de vraag waarom er minder animo is voor de regeling te beantwoorden. Daaruit blijkt dat de meeste ondernemers aangeven de tegemoetkoming niet nodig te hebben omdat het beter gaat met het bedrijf.
Lees ook: Zo werkt het noodfonds overbrugging werkbehoud (NOW 2.0)
Nog twijfel over aanvraag
Ruigrok NetPanel voerde de enquête uit onder ruim 800 werkgevers die wel een aanvraag hebben ingediend voor de eerste periode van de NOW, maar niet voor NOW 2.0. De eerste periode besloeg maart tot en met mei en de tweede periode loopt van 1 juni tot 1 oktober. Nog tot 31 augustus kunnen organisaties een aanvraag indienen en van de respondenten twijfelt 43 procent nog of ze dat nog gaan doen. Twintig procent zegt zeker nog een aanvraag in te dienen en 36 procent stelt dat juist zeker niet te zullen doen.
Een overgrote meerderheid, 79 procent, geeft aan dat het beter gaat met het bedrijf en daarom de tegemoetkoming niet nodig is. Als tweede reden noemt 20 procent dat er niet aan de voorwaarden wordt voldaan. Voor een NOW-aanvraag moet een bedrijf tenminste 20 procent omzetverlies noteren en kan een werkgever geen ontslag aanvragen van werknemers om bedrijfseconomische reden. Gedurende de maanden van de regeling wordt een voorschot uitgekeerd en als het omzetverlies lager blijkt te zijn dan ingeschat, moet dat (deels) worden terugbetaald.
Lees ook: Zo berekent u verschillende omzetscenario’s in de NOW-regeling
Bedrijven afwachtend
Werkgevers die voor NOW 2.0 nog geen aanvraag hebben ingediend, maar denken dat nog wel te zullen doen, wachten nog af tot ze het omzetverlies beter kunnen inschatten. Over de eerste periode van NOW viel bijvoorbeeld het verlies van HEMA mee door de gestegen online verkoop en omdat winkels open konden blijven, terwijl in eerdere ramingen op een lockdown was gerekend. Dat komt er bij de eindafrekening op neer dat het retailbedrijf enkele miljoenen euro’s moet terugbetalen aan het UWV.
Bedrijven die nu nog twijfelen of ze een tegemoetkoming zullen aanvragen, weten niet of ze uiteindelijk voldoen aan het omzetverlies van twintig procent. Dat hangt voor de periode augustus en september ook nog af van hoe de coronagevallen in Nederland zich ontwikkelen en welke eventuele overheidsmaatregelen daarop volgen.