
Dit jaar betalen ondernemers zo’n 4 procent meer heffingen aan gemeenten en waterschappen dan in 2020. De stijging ligt vooral in de hogere onroerendezaakbelasting bij ondernemers in retail, horeca en ondernemers met een kantoorpand.
Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO), een onderzoeksinstituut van de Rijksuniversiteit Groningen, doet jaarlijks onderzoek naar de lasten van burgers en bedrijven bij gemeenten, provincies en waterschappen. Dit wordt vervolgens gepubliceerd in de Atlas van de Lokale Lasten, dat een overzicht geeft van trends in onder meer woonlasten, gemeentelijke leges en decentrale lasten.
Lastenstijging per type bedrijf
De lasten verschillen per type bedrijf en om dat in beeld te brengen, overlegde COELO met onder meer VNO-NCW over enkele uitgangspunten en maakte het instituut de resultaten inzichtelijk door een aantal voorbeeldbedrijven te nemen, te weten een winkel, kantoor, hotel, agrarisch bedrijf, groothandel en een productiebedrijf in de voedingsmiddelenindustrie.
De voorbeeldwinkel betaalt dit jaar 4,5 procent meer aan decentrale heffingen. Van de 2.851 euro die de winkel moet betalen, is 89 procent voor de gemeente en 11 procent voor de waterschappen. De bedrijven betalen geen opcenten aan de provincie. Het voorbeeldhotel, met vijf kamers en een bezettingsgraad van 70 procent, is 3,9 procent meer kwijt dan vorig jaar, de groothandel 4,4 procent en het kantoor 4,7 procent meer. Het grootste deel van de lokale lasten aan de gemeente van het hotel, de winkel en het kantoor bestaat uit de onroerendezaakbelasting (ozb).
Lees ook: Gemeenten worstelen met begrotingen, tien komen onder toezicht
De lastenstijging is met 3,3 procent het kleinst voor het agrarische bedrijf, zo staat te lezen in de Atlas. Een agrarisch bedrijf betaalt meer heffingen aan het waterschap dan de andere bedrijven. Het gekozen agrarische bedrijf bezit grond en betaalt daarom een heffing ongebouwd. Dit is een bedrag per hectare. Daardoor betaalt het agrarische voorbeeldbedrijf in vergelijking met de andere bedrijven een relatief groot deel van de decentrale lasten aan het waterschap, namelijk 65 procent.

Totale decentrale lasten 2021, bron: COELO, Atlas van de Lokale Lasten 2021
Zaken als restafval en waterverbruik verschillen in kantoren en winkels niet zoveel van standaardhuishoudens, zo valt op te maken uit de cijfers. Bij het hotel en de groothandel ligt dit uiteraard hoger dan gemiddeld. De afvalstoffenheffing stijgt al drie jaar sterk, merkt het instituut op. Sommige gemeenten hebben een nieuw, duurder contract afgesloten met de afvalverwerker. Ook zijn er gemeenten die investeren om het scheiden van afval eenvoudiger te maken. Daarnaast heeft het Rijk in 2019 de afvalstoffenbelasting met 139 procent verhoogd. Sommige gemeenten betaalden deze kosten de eerste jaren uit reserves, maar als die opraken, kan dat niet meer. Daarnaast leveren ingezameld plastic en papier minder op.
Geef een reactie