
Aan de hand van de aangiften loonheffingen van 2021 heeft UWV voorlopige berekeningen gemaakt voor tegemoetkomingen onder de Wtl. In deze specificatie staat op welke bedragen een werkgever mag rekenen wat betreft loonkostenvoordelen (LKV’s), op het lage-inkomensvoordeel (LIV) of op het jeugd-lage-inkomensvoordeel (jeugd-LIV).
Uiterlijk 14 maart verstuurt UWV deze brieven. Werkgevers die recht hebben op één of meer regelingen onder de Wtl krijgen een brief met daarin de specificaties voor welke werknemers dit geldt en om welke bedragen dat gaat. Als deze berekening niet klopt, kunt u tot 1 mei een wijziging indienen. Uiterlijk 31 juni volgt een definitieve berekening, waarna de bedragen binnen zes weken worden uitgekeerd.
Vragen voorlopige berekening
Als een werkgever wel op een voorlopige berekening heeft gerekend maar deze na medio maart nog niet heeft ontvangen, kan hij contact opnemen met de UWV Telefoon Werkgevers op 088-8989295. Deze lijn is ook beschikbaar voor mensen die vragen hebben aan de hand van de ontvangen voorlopige berekening. UWV heeft hier een toelichting gepubliceerd waarin wordt uitgelegd per onderdeel wat de specificatie inhoudt.
Bedragen LKV, LIV en Jeugd-LIV
Dit zijn de bedragen voor LKV (voor onder meer ouder personeel en mindervalide werknemers) LIV (voor werknemers die tegen een laag loon in dienst zijn en het Jeugd-LIV (voor werknemers tussen de 18 en 20 jaar):
Doelgroepen LKV | Maximaal LKV | |
Oudere werknemers (56 jaar en ouder) | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 3 jaar. | |
Arbeidsbeperkte werknemers die nieuw in dienst komen | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 3 jaar. | |
Werknemers uit de doelgroep van de banenafspraak en scholingsbelemmerden | € 1,01 per verloond uur en maximaal € 2.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 3 jaar. | |
Arbeidsbeperkte werknemers die herplaatst worden | € 3,05 per verloond uur en maximaal € 6.000 per kalenderjaar. Dit kan maximaal 1 jaar. |
Gemiddeld uurloon over 2019 | LIV per werknemer per verloond uur | Maximale LIV per werknemer per jaar |
€ 10,05 tot en met € 11,07 | € 1,01 | € 2.000 |
€ 11,08 tot en met € 12,58 | € 0,51 | € 1.000 |
Gemiddeld uurloon over 2020 | LIV per werknemer per verloond uur | Maximale LIV per werknemer per jaar |
€ 10,29 tot en met € 12,87 | € 0,51 | € 1.000 |
Gemiddeld uurloon over 2021 | LIV per werknemer per verloond uur | Maximale LIV per werknemer per jaar |
€ 10,48 tot en met € 13,12 | € 0,49 | € 960 |
Gemiddeld uurloon over 2022 | LIV per werknemer per verloond uur | Maximale LIV per werknemer per jaar |
€ 10,73 tot en met € 13,43 | € 0,49 | € 960 |
Leeftijd op 31 december 2018 | Jeugd-LIV per werknemer per verloond uur (2020) | Maximale jeugd-LIV per werknemer per jaar (2020) | |
18 jaar | € 0,07 | € 135,20 | |
19 jaar | € 0,08 | € 166,40 | |
20 jaar | € 0,30 | € 613,60 | |
Leeftijd op 31 december 2019 | Jeugd-LIV per werknemer per verloond uur (2021) | Maximale jeugd-LIV per werknemer per jaar (2021) | |
18 jaar | € 0,07 | € 135,20 | |
19 jaar | € 0,08 | € 166,40 | |
20 jaar | € 0,30 | € 613,60 |