
De inflatie kwam in april uit op 9,6 procent ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar. De stijging van de energieprijzen neemt af en ook de stijging van brandstofprijzen is afgeremd. Voedsel blijft duurder worden.
Dat de inflatie minder hoog is dan vorige maand komt mede door de accijnsverlaging op brandstof, zo meldt het CBS. Het kabinet heeft de accijnzen tijdelijk verlaagd om de hoge kosten te drukken: tot 31 december is benzine 17,3 cent per liter goedkoper, diesel 11,1 cent en LPG 4,1 cent. In april was brandstof gemiddeld nog steeds 24,8 procent duurder dan vorig jaar, maar in maart was dat nog 36,5 procent.
Energiestijging minder hoog
Energie levert momenteel nog steeds een belangrijke bijdrage aan de totale inflatie. Maar de prijsstijging van gas en elektra was minder hoog dan een maand eerder. De afgelopen maand was energie 136 procent duurder dan een jaar eerder, in maart 2022 was energie nog 157 procent duurder dan maart 2021. Om de stijgende kosten te drukken, gaat de btw op energie vanaf juli een half jaar van 21 naar 9 procent.
Voedsel duurder
Voedingsmiddelen daarentegen blijven duurder worden, met een grote stijging van de vleesprijs. In april betaalden we voor voedsel 8,5 procent meer dan dezelfde maand een jaar eerder. In maart was dat nog 6,2 procent. Groenten, zuivelproducten en brood en granen werden duurder vorige maand. De prijsstijging op jaarbasis van vleesproducten nam toe van 5,5 procent in maart naar 10,5 procent in april.
