Over het Belastingplan 2023 is al het een en ander bekend, maar er kan nog veel veranderen volgende week. Met een slag om de arm zijn dit enkele voor ondernemers en controllers interessante ontwikkelingen die op Prinsjesdag 2022 worden aangekondigd.
1. Verlaging Vpb-schijfgrens
De schijfgrens van het tarief voor de vennootschapsbelasting (Vpb) gaat omlaag. Dat betekent dat meer ondernemers het hoge tarief gaan betalen, wat momenteel 25 procent is. De schijfgrens tussen hoog en laag is nu 395.000 euro, maar dat daalt naar 200.000 euro. De afgelopen jaren was de grens juist verhoogd, om het ondernemersklimaat aantrekkelijker te maken.
2. Vpb-tarief stijgt
Het lage tarief voor de vennootschapsbelasting stijgt ook. Dat is nu 15 procent, maar dat wordt volgens de al uitgelekte plannen 19 procent. Op Prinsjesdag worden de precieze details aangekondigd.
3. Verhoging minimumloon
In het coalitieakkoord is afgesproken om het minimumloon de komende jaren te laten stijgen in stappen van 2,5 procent met een totaal van 7,5 procent. Vanwege de huidige economische situatie is besloten om deze verhoging meteen in te voeren met 10 procent vanaf 2023. Het minimumloon is daarnaast gekoppeld gebleven aan de uitkeringen, waardoor ook deze meestijgen volgend jaar.
Lees ook: Peter Hoogstraten over loonheffingen 2023: Het jaar van de compensatie
4. Beperking 30%-regeling
Onder de 30%-regeling kunnen werknemers uit het buitenland die in Nederland komen te werken maximaal dertig procent van hun loon onbelast ontvangen. Deze regeling wordt beperkt tot de Wet normering topinkomens, ook bekend als Balkenende-norm, die in 2022 is vastgesteld op 216.000 euro. Er is de komende drie jaar een overgangsregeling.
5. Verhoging onbelaste reiskostenvergoeding
Het bedrag dat fiscaal is vrijgesteld voor de kilometervergoeding is al jaren 19 cent en bij lange na niet dekkend meer. Nog voor de verhoging van de benzineprijs schatte het Nibud de reële kosten al op 49 cent per kilometer. In het coalitieakkoord is afgesproken dat de vergoeding in kleine stapjes omhooggaat vanaf 2024, maar dat wordt volgend jaar al. Naar verwachting komt deze vergoeding uit op 20 á 21 cent per kilometer. Het jaar daarop stijgt de vergoeding weer met enkele centen.
6. Fiscale vrijstelling thuiswerkvergoeding omhoog
Het goede nieuws is dat de fiscale vrijstelling voor een thuiswerkvergoeding omhoog gaat. Het slechte nieuws is dat met de momenteel geplande verhoging werknemers niet worden gecompenseerd voor hogere prijzen. Volgens het Nibud kost een dag thuiswerken nu 3 euro aan onder meer energie, maar volgens het kabinet komt het nieuwe bedrag met de gebruikte correctietabel uit op 2,13 euro. Mogelijk doet het kabinet daar nog wat bovenop; het exacte bedrag wordt op Prinsjesdag bekendgemaakt.
7. Regulier BPM-tarief bestelauto’s
Voorheen hadden ondernemers vrijstelling van BPM voor bestelauto’s die op diesel rijden. In het coalitieakkoord vorig jaar is afgesproken dat deze verdwijnt. Dat wordt stapsgewijs gedaan, waardoor de BPM vanaf 2026 het normale tarief is: 38 procent. Het kabinet wil bedrijven daarmee stimuleren om elektrisch te gaan rijden. Brancheorganisaties willen dit voorstel van tafel, omdat elektrische alternatieven voor kleine ondernemers te duur zijn in aanschaf en elektrische bestelwagens een lagere actieradius hebben. Ze verwachten daarom dat er niet meer wordt overgestapt, maar dat vooral het kleinbedrijf meer moet gaan betalen, langer in oude wagens blijven rijden of een tweedehands busje aanschaffen met een lagere bpm-heffing.
Lees ook: 26 fiscale wijzigingen uit Belastingplan 2023
8. Afbouw zelfstandigenaftrek
De zelfstandigenaftrek die al in de Belastingplannen van 2020 en 2021 werd afgebouwd, wordt versneld afgebouwd. Het kabinet wil daarmee het verschil tussen zelfstandigen en werknemers verder verkleinen. Vanaf 2023 wordt in stappen afgebouwd naar 1.200 euro in 2030.
9. Aanscherping CO2-heffing industrie
De CO2-uitstoot van de industrie moet per het Klimaatakkoord in 2030 14,3 Mton CO2 lager zijn. Om dat te bereiken is deze heffing in 2021 ingegaan. De hoeveelheid vrijgestelde uitstoot wordt met nieuwe regelgeving verminderd met 4 Mton voor de industrie. Ook neemt de reductiefactor de komende jaren af, waardoor de vrijgestelde uitstoot verder afneemt.
