Van business controller naar algemeen directeur. Anne-Albert Gros deed het. Sinds 1 februari is hij algemeen directeur van USG Finance. Tijd voor een goed gesprek over de krappe arbeidsmarkt. En wat verwacht hij zelf eigenlijk van zijn controllers?
Uitzendbureaus en detacheerders zijn vaak de eersten die trends in de arbeidsmarkt oppikken als het beter, dan wel slechter gaat. De arbeidsmarkt is nu krap over de hele linie. Hoe is dat voor jullie?
‘Bij detacheerders zoals wij zit de groei er zeker nog in. Maar we moeten wel ondernemend zijn en zien waar de kansen liggen. Het is voor financials een interessante markt om de stap naar het zzp-schap te zetten. Aan de andere kant is er grote vraag naar vast personeel. Bedrijven zijn toch op zoek naar een zekere mate van continuïteit, zeker op de finance afdeling. Je ziet dus dat er een mismatch is op dit moment.‘
Waar komt die krapte op de arbeidsmarkt opeens vandaan?
‘Er zijn een aantal dingen aan de hand als je kijkt naar de arbeidsmarkt. Ik had het net al over de mismatch. Bedrijven zoeken continuïteit, terwijl een heleboel jonge talentvolle financials het fijn vinden om bij verschillende bedrijven rond te kijken. Omdat dat past in hun eigen ontwikkeling of het perspectief dat zij zoeken. Daarnaast hebben we te maken met vergrijzing. En bovendien hebben we het ook al jaren over de financiële functie die verandert. Denk aan automatisering en robotisering. Het werk wordt soms steeds specialistischer. We zoeken nu daadwerkelijk financials die echt datagedreven zijn en denken. Dat was een aantal jaar geleden anders. Er ontstaat ook een mismatch omdat de vraag in de markt sneller ontwikkelt dan dat bijvoorbeeld ons onderwijssysteem doet. Zo zie je dat een heel aantal finance opleidingen nog relatief weinig ‘datavakken’ in hun curriculum heeft opgenomen. Bedrijfseconomie is nog steeds bedrijfseconomie, en finance & control is finance & control. Dus uiteindelijk zie je een gap ontstaan. In dat gat stappen wij als USG Finance door data als prominente stroom in onze Finance Academy aan te bieden en daarbij de brug te slaan tussen opleiding en praktijk. Een voorbeeld zijn de instroommomenten die nog altijd in september en februari zijn, terwijl de huidige markt vraag om meer flexibiliteit en een meer modulaire benadering als je het mij vraagt.’
'De finance wereld is flink in beweging, dus ook meer ervaren financials hebben behoefte aan scholing'
Hoe ga je als organisatie om met de huidige krapte op de arbeidsmarkt?
‘Volgens onderzoek zijn perspectief, arbeidsvoorwaarden en sfeer en cultuur de drie belangrijke voorwaarden om iemand voor je te laten kiezen en aan je te kunnen binden. De meeste werkgevers zijn op zoek naar het schaap met de vijf poten, iemand die al iets vergelijkbaars bij een vergelijkbaar bedrijf heeft gedaan. Die zijn heel lastig te vinden. Je kunt proberen door ontwikkeling en begeleiding iemand die nog niet zover is, wel daar te brengen. Zo sla je twee vliegen in één klap, want je biedt de finance professional perspectief.
‘Wij focussen daarom onder andere op learning agility bij professionals. Dus hoe ontwikkelingsbereid is de financial? En vervolgens leiden we ze zelf op om die gap tussen scholing en vraag in de markt op te lossen. We focussen op zowel vakinhoudelijke finance trainingen, als op competenties en vaardigheden. En daar trek ik een link naar de Nationale Controllersdag, waar Mathijs Bouman in zijn lezing zei dat focussen en investeren op vaardigheden en competenties op dit moment ’zelfs core business zijn’. Niet alleen voor financials, maar ook voor financiële afdelingen. Daar proberen wij echt aandacht voor te hebben.’
‘Wat geldt voor jonge financials geldt ook voor financials zoals ik. De finance wereld is flink in beweging, dus ook meer ervaren financials hebben behoefte aan scholing. Wij proberen daar maatwerk te bieden. We willen luisteren naar jou als financial: wat is het perspectief dat je zoekt? Welke ambitie heb je? Waar sta jij over een jaar? En aan die behoefte willen we concrete invulling geven.’

Lukt het jullie ook om mensen goed vast te houden?
‘Als detacheerder zijn wij eigenlijk de Haarlemmerolie voor de financiële markt. De vraag die ik altijd aan financials stel, ongeacht hoe de arbeidsmarkt is, is: ‘Waar sta jij en waar wil je naartoe? In welke fase van je leven ben je en past daar een nieuwe uitdaging bij? En als blijkt dat iemand een bewuste keuze maakt om met de bij ons opgedane kennis wat anders te gaan doen, dan hoop ik dat diegene als ambassadeur van ons de deur uitgaat.
Het is een feit dat de arbeidsmarkt op dit moment in beweging is en dat er sprake is van schaarste. Maar dat alleen zou niet de overweging moeten zijn om een stap te maken. Dat moet echt vanuit jezelf komen. Is dit het ideale moment om te gaan? En wat zoek je dan? Wat mis je in je huidige baan of bij je huidige opdrachtgever? En hoe reëel is het dat je dat ergens anders wél gaat vinden?’
Wat is er nodig om mensen te binden? Waar moeten ondernemingen mee aan de slag?
‘Het begint met goede arbeidsvoorwaarden. Die zullen in lijn moeten zijn met wat de markt te bieden heeft. Het tweede wat belangrijk is, is dat er perspectief is. Een kandidaat zal vragen naar de ontwikkelingsmogelijkheden binnen het bedrijf, en kijkt daarbij ook steeds vaker naar doel, missie en visie van het bedrijf. Past dat? Zingeving wordt steeds belangrijker en dat schurkt weer aan tegen cultuur. Hoe is de sfeer? Kun je jezelf zijn? Maar ook: draag je, los van de bedrijfsdoelen en de kpi’s, bij aan de maatschappij?
Een mate van autonomie is belangrijk voor de huidige werkende populatie. Dat geldt dus ook voor financials. Denk bijvoorbeeld aan de mogelijkheid om hybride te werken. Aan de andere kant wil men ook graag verbondenheid met de missie en visie van de organisatie. Mensen willen zich echt onderdeel voelen. Ik denk dat iedereen het uiteindelijk prettig vindt om het gevoel te hebben dat ze de functie of de rol die ze innemen onder controle hebben. Dat ze daar effectief in zijn. Dat ze de capaciteiten hebben om dat op een goede manier uit te kunnen voeren.’
Duurzame inzetbaarheid en levenslang inzetbaar blijven is ook een actueel thema. Zijn ondernemingen daar in de praktijk mee bezig? Of is het toch nog vaak iets ‘wat we eigenlijk zouden moeten doen’?
‘Dat vind ik moeilijk te zeggen. Als je niet oppast blijft het iets ‘wat we zouden moeten doen’, al doe je jezelf als onderneming dan tekort in deze tijd. Als ik voor mezelf spreek, is een onderdeel van duurzame inzetbaarheid bijvoorbeeld het omgaan met tegenslagen in het leven. Wij zijn daarom een samenwerking aangegaan met Open Up, waardoor het op een laagdrempelige manier en anoniem mogelijk wordt voor onze mensen om binnen vierentwintig uur contact te zoeken met een psycholoog. Om op een toegankelijke manier te kunnen praten over voor je gevoel kleine dingen, die mogelijk groter kunnen worden. Denk bijvoorbeeld aan de balans tussen werk en privé in een drukke periode waarin de budgetten worden opgesteld en de jaarafsluiting gaat plaatsvinden. Dan wil de druk en de spanning nog wel eens toenemen. Daar willen we bij USG Finance niet aan voorbij gaan door gekwalificeerde ondersteuning te bieden.
We hebben verschillende generaties aan het werk, die allemaal hun eigen historie meenemen naar het bedrijf. En die allemaal hun eigen manier van aandacht verdienen. En in deze wereld met een hoop prikkels, lijkt het soms alsof je de enige bent die wat minder lekker in zijn vel zit. Om wat voor reden dan ook. Dat zijn dingen die besproken kunnen worden. Hoe pak je dat aan? Ook als het voor jou op dat moment niet helemaal goed voelt om dat met iemand van je opdrachtgever of van ons als USG Finance te bespreken.’
Als het gaat om talentpools of opleidingsmogelijkheden gaat het vaak om jongeren. Maar neem bijvoorbeeld de vijftigers: kinderen het huis uit, geen zorg meer voor bejaarde ouders, nog zeker vijftien jaar voor de boeg. Die hebben weer de tijd en de energie om nog even flink gas te geven. Wordt daar wel genoeg aandacht aan besteed?
‘Als je zo iemand bijschoolt, is diegene ook nog jaren duurzaam inzetbaar. En dat is interessant, omdat veel opdrachtgevers wel een vraag naar vast personeel hebben. Zij zoeken continuïteit. Vaak is dan niet de eerste gedachte een wat ouder iemand die de handen weer vrij heeft te zoeken. Wat eigenlijk zonde is, want uiteindelijk kun je juist met de impliciete kennis die zij in hun werkervaring hebben opgedaan een verschil maken.
Een andere uitdaging voor werkgevers is om de kloof te dichten tussen de bestaande, oudere bezetting en een nieuwe jonge financial. Want de gesprekken aan de lunchtafel gaan over heel andere dingen. Verbinding brengen tussen die wat oudere mensen op de afdeling en de jongeren. Hoe zorg je daarvoor? Dat is een thema dat ook aandacht behoeft, zodat het team op een goede manier samen kan werken en elkaar begrijpt.’
Hoe zorg je voor die verbinding?
‘Dat begint met oprechte interesse. Dat klinkt heel makkelijk. Maar stel eens de vraag: wat houdt jou nu bezig? Van beide kanten. Ik denk dat bedrijven en dus ook financiële afdelingen daar actief invulling aan moeten geven. Er zijn allerlei informele manieren om dat te doen. Doe eens een bedrijfsuitje in een VR-room, om te laten zien waar jongeren mee bezig zijn. Dat kan ook andersom. Als mensen oprecht interesse hebben in waar hun collega’s in het weekend of in de avonduren mee bezig zijn, kom je een heel eind.‘
Hoe zie jij de arbeidsmarkt zich verder ontwikkelen? Houden we deze krapte voorlopig nog? Wat gaan de nieuwe cao’s opleveren?
‘Een en ander is natuurlijk afhankelijk van macro-economische ontwikkelingen: in hoeverre de inflatie blijft stijgen, wat er gebeurt met de olie- en gasprijzen als gevolg van de oorlog in Oekraïne, noem het maar op. Maar los daarvan: op dit moment studeren er minder mensen af dan dat er banen worden aangeboden. Dus in dat opzicht blijft de schaarste nog wel even. Vijf jaar geleden werd gezegd dat de functies van boekhouders, financieel-administratief medewerkers en dergelijke ten dode waren opgeschreven. Uiteindelijk zien we nog steeds een vraag naar dat soort functies. Ik denk wel dat dat nog een tijdje blijft. Alhoewel we wel verder gaan met automatiseren, robotiseren en specialiseren.’
Misschien wel als gevolg van die krappe arbeidsmarkt?
‘Waarschijnlijk wel. Ik denk dat dat een direct effect is. Maar we zien ook dat het niet zo snel gaat als we vijf tot tien jaar geleden hadden gedacht.
Samen met de vergrijzing denk ik dat die spanning op de arbeidsmarkt nog wel een tijdje duurt. Wat heel interessant is op dit moment zijn de zij-instromers. Mensen die misschien niet een finance achtergrond hebben, maar wel interesse hebben in cijfers. We zien steeds meer mensen die deze kansen zien, want als zij-instromer kun je beginnen met werkervaring opdoen en tegelijkertijd een opleiding volgen. Op die manier zijn heel mooie carrières in finance begonnen.’
Als ik werkgever ben en ik zoek mensen, wat zijn dan de stappen die ik op dit moment moet nemen?
‘Als je mensen zoekt en je kunt ze niet vinden, dan is het goed om terug te gaan naar de tekentafel. Wat zoek ik? Zoek je de mensen bij je structuur, of pas je soms de structuur aan op je mensen? Wat is daadwerkelijk echt nodig voor die functie qua competenties en vaardigheden? En wat vraag ik? Ligt dat nog in lijn? En is er misschien een grijs gebied dat geleerd kan worden? Als je mensen de kans biedt, grijpen ze die vaak met beide handen aan.’
Wat zoek je zelf in een controller?
‘Naast de vaardigheden die je moet bezitten die iedereen wel op kan noemen, zoals analytisch, accuraat, proactief, vind ik het belangrijk dat een controller, maar eigenlijk iedereen, een hoge mate van zelfreflectie heeft. Ik geloof er heel erg in dat je bereid moet zijn kritisch naar jezelf te kijken. Naar wat er goed gaat – en daar absoluut ook bij stil te staan en daarvan te genieten. Maar ook jezelf de vraag te stellen wat er eventueel beter zou kunnen. Zijn dat dan zaken waarin ik beter wil worden omdat ik er energie van krijg? Dat is de basis denk ik. De wil om te leren én en echt jezelf te zijn. De learning agility en de mogelijkheid om jezelf te zijn in een omgeving waardoor je die potentie ten volle kunt benutten. Vervolgens is de kans heel groot dat je mooie stappen gaat maken als controller, of wellicht als directeur.’
CV
Anne-Albert Gros studeerde International Business and Management en vervolgens International Financial Management and Economics in Business in Groningen, Chili en Zweden. Zijn afstudeerscriptie schreef hij bij Randstad op de finance afdeling. Het laatste gesprek van zijn stage was het eerste gesprek voor zijn financial management traineeship bij Randstad. Zo was Gros een jaar intercedent bij Randstad Financieel, businesscontroller bij Yacht, en na een half jaar als financial controller in Amerika bij Randstad USA in Amerika werkte hij vervolgens drie jaar als businesscontroller bij Randstad Nederland. ‘In die periode ben ik ook begonnen met mijn RC-studie bij Nyenrode. En ik geloof dat je een betere financial bent als je weet wat er in de operatie gebeurt en andersom. Dus heb ik uiteindelijk de stap gemaakt naar de operatie, als manager bij Techniek. Ik vond leidinggeven leuk, en wilde daar wel verder in, maar ik miste ook de inhoudelijkheid van de finance kant. Toen kwam USG Finance op mijn pad. Daar ben ik 1 februari begonnen als algemeen directeur.’
Auteur: Anja Jalink
Dit artikel is verschenen in cm: 2022, afl. 8.