Ondanks kritiek lijkt de Wet toekomst pensioenen een meerderheid te krijgen in de Tweede Kamer. Na ingang van deze wet hebben bedrijven vier jaar de tijd om over te stappen op de nieuwe regeling. Hoe zit het ook alweer? Pensioendeskundige Hans Kennis blikt vooruit.
In de Tweede Kamer is lang gedebatteerd over de nieuwe wet. Die is volgens critici te complex, legt extra druk op de rechtsspraak, en er zijn zorgen over de herverdeling van 1500 miljard euro aan pensioengeld van een collectieve pot naar individuele pensioenen. Het huidige stelsel is echter onhoudbaar en een alternatief op korte termijn is er niet, waardoor een meerderheid zich achter de plannen schaart. Hoe zien die plannen er eigenlijk uit?
Van opbouwregeling
Er zijn in Nederland op dit moment twee soorten pensioenregelingen, vertelt Kennis, namelijk een middelloonregeling (ook wel de opbouwregeling) of een beschikbare-premieregeling. ‘Werkgevers die bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling zitten kunnen nu al gaan nadenken of ze in het nieuwe stelsel een staffel gaan hanteren voor werknemers die nu al in dienst zijn.’ Nieuwe werknemers moeten verplicht over naar een vlakke premie. ‘Het is soms slimmer om daar nu al op voor te sorteren en voorlopig twee regelingen te hebben.’ Dat komt omdat de staffel bij een premieregeling gehandhaafd mag blijven voor huidige werknemers, legt de spreker van de Actualiteitendag Finance & Control uit.
‘Bij een middelloonregeling hangt er eigenlijk een pot geld onder de regeling. Die is voor een oudere eigenlijk groter dan bij een jongere, want die heeft een kortere beleggingshorizon.’ Bij een pensioenfonds wordt die pot verdeeld. Bij een middelloonregeling wordt de werknemer naarmate de tijd vordert duurder, maar er komt nu een stelsel waarbij iedereen dezelfde premie ontvangt. ‘Waar je nu de dure jaren zou gaan hebben, en in feite gesponsord zou worden door de jongeren, heb je nu een vlakke premie.’
Actualiteitendag Finance & Control: Uw pensioenregeling
Op de Actualiteitendag Finance & Control gaat Hans Kennis concreet met u aan de slag met uw pensioenregeling. Welke keuzes moeten er gemaakt worden wat betreft inhoud en uitvoering? Na zijn sessie kunt u schetsen hoe uw nieuwe pensioenregeling er uitziet en doen we een voorspelling over de pensioenregeling in 2050. Schrijf u hier in voor dit evenement op 17 november.
Naar vlakke premie
In het nieuwe pensioenstelsel stapt iedereen over naar een vlakke premie, terwijl er eerst vaak sprake was van een staffel. Bij de overstap naar de vlakke premie ontstaat er een gat bij mensen die jarenlang veel hebben betaald voor hun pensioen, maar daar nu niet meer van profiteren. Daar moet een overgangs- of compensatieregeling voor komen.
Dat zijn belangrijke details die nog uitgewerkt moeten worden. ‘Een paar dingen zijn nog niet duidelijk van het nieuwe stelsel, maar een heleboel ook wel. Er zijn dus ook al bedrijven die al overstappen,’ zegt Kennis. ‘Met name aan de kant van de pensioenfondsen zijn nog wat details onduidelijk over hoe ze het moeten gaan doen. Aan de kant van beschikbare-premieregelingen is eigenlijk wel voor 90 procent duidelijk hoe het vormgegeven gaat worden.’
Het gat dat ontstaat bij overstap van staffel naar vlakke premie is een issue. ‘Als je bij een pensioenfonds zit, dokteren cao-partijen dat allemaal uit. Dat is makkelijk genoeg: die gaan het geld verdelen en geven meer aan ouderen dan aan jongeren, zodat er geen gaten ontstaan. Maar als je met oude rechten bij een verzekeraar of premiepensioeninstelling zit, kun je die pot niet verdelen. En dan gaat er een verschil optreden.’
Invaren nieuwe systeem
Met name voor die groep is het misschien verstandig om over te stappen op een staffel, zegt de pensioendeskundige. ‘De minister heeft hier ruimte toe geboden. Werknemers die nu bij een verzekeraar een middelloon hebben, mogen straks een premie inleg krijgen gebaseerd op een staffel. Dat houdt in dat een jongere minder krijgt en een oudere meer. Je krijg dan twee regelingen. Een staffel voor werknemers in het oude stelsel en een vlakke premie voor nieuwe werknemers.’
De eerste grote discussie momenteel draait om het invaren bij pensioenfondsen, oftewel het omzetten van bestaande rechten uit de huidige regeling in het nieuwe pensioensysteem, vertelt Kennis. Het is de bedoeling dat werknemers die invaren er niet meer dan 5 procent op achteruitgaan. ‘Er was destijds veel discussie met voorbeelden van mensen die er veertig procent op achteruit gaan. Hierover is in de Tweede Kamer veel commotie ontstaan. Ik kan me echter niet indenken dat een pensioenfonds ervoor kiest om deelnemers er zoveel op achteruit te laten gaan. Naar mijn mening moet de Tweede Kamer opletten dat ze niet aan micromanagement doen. Ook zie ik koudwatervrees bij de Tweede Kamer die ontstaan is door de gedaalde aandelen koersen en de gestegen rente.’
Er staan nu nog een aantal extra wetgevingsoverleggen gepland waarna de plenaire behandeling in de Tweede Kamer waarschijnlijk in november 2022 kan plaatsvinden. Minister Schouten kondigde daarom onlangs al aan dat de ingangsdatum van 1 januari 2023 niet gehaald gaat worden, omdat na behandeling de wet ook nog moet worden goedgekeurd door de Eerste Kamer. De ingangsdatum is daarom nu 1 juli 2023.
De tweede discussie is technischer van aard en dat gaat om hoe de methodes worden ingericht. ‘We hebben straks in het stelsel twee pensioencontracten en eigenlijk twee methoden om op te bouwen: de solidaire premieregeling en de flexibele premieregeling,’ vertelt Kennis. ‘Als iets in de ene manier wel mag, gaat het gesprek al snel over of die regel ook in de andere methode ingebouwd kan worden.’
Stijging AOW
Wat momenteel een interessant punt is, is het effect van de stijging van het minimumloon op de franchise, het bedrag waarover mensen geen pensioen opbouwen omdat daar later AOW over wordt uitgekeerd. ‘Er is een koppeling tussen het minimumloon en de AOW, dus de AOW stijgt ook mee.’ Dat betekent dat de franchise ook hoger wordt. ‘Dan bouw je dus minder pensioen op. Dat is logisch, want je AOW gaat stijgen. Maar daardoor wordt je pensioen in de tweede pijler, wat je werkgever toezegt, wel goedkoper.’
‘Er komt altijd een “maar” bij mij en dat is in dit geval dat dit niet geldt als de lonen evenveel stijgen als de franchise, als de AOW. Als de lonen met tien procent omhooggaan en de franchise daarmee tien procent stijgt, maakt het natuurlijk niet veel meer uit dat de AOW met tien procent is gestegen. De meeste loonafspraken zitten momenteel rond de zes procent op jaarbasis. Er worden nu ook vaak incidentele loonstijgingen toegekend, bijvoorbeeld eenmalig duizend euro. Incidentele loonafspraken tellen meestal niet mee voor het pensioen. De lonen stijgen daarom momenteel minder hard dan de franchisestijging.’
Aanvullend pensioen
Voor veel mensen is het nog niet zo interessant wat er nu allemaal wordt besproken. ‘De grootste groep zit bij een bedrijf dat verplicht deelneemt aan een bedrijfstakpensioenfonds,’ weet Kennis. ‘Die mensen zullen gewoon afwachten. De discussie wordt door de vakbonden en werkgevers en diens pensioenspecialisten gevoerd.’ Deze discussie wordt voor die mensen wel interessanter als ze een aanvullend pensioen hebben, een excedentregeling, zo legt de pensioenexpert uit.
‘Een aantal pensioenfondsen bouwt tot 60.000 tot 80.000 euro pensioen op. Dat zie je bijvoorbeeld in de bouwsector, de metaalindustrie en in de landbouw. Het is logisch om niet meer op te bouwen, want de meeste werknemers komen niet boven die grens uit. Maar sommige mensen wel. Of je hebt te maken met een specialistisch bedrijf in de sector met bijvoorbeeld een groot ict-component. Die werknemers wordt een excedentregeling aangeboden. Daar zie je wel dat werkgevers denken: laat ik dit stukje maar zelf in de hand houden.’ Dat zijn nu middelloonregelingen en die worden vaak vroegtijdig omgezet naar een beschikbare-premieregeling.
Dit artikel is verschenen op 6 oktober 2022. Update 3 november naar aanleidingen van het Kamerdebat over de Wet toekomst pensioenen.
Actualiteitendag Finance & Control
Meer weten over de huidige status van de pensioenplannen? Op de Actualiteitendag Finance en Control (voorheen Nationale Administrateursdag) op 17 november gaat Hans Kennis in op de veranderingen en laat hij zien hoe het pensioen eruitziet in 2050. Schrijf u nu in voor deze informatieve dag op congreslocatie InnStyle in Maarssen.
