De pepernoten liggen alweer in de winkel en de tijd van cadeautjes geven breekt weer aan. Ook ondernemingen krijgen soms cadeautjes. Maar vaak blijkt dat bij nauwkeuriger beoordeling een sigaar uit eigen doos te zijn. Kijk voor de verwerking in de jaarrekening daarom kritisch of er inderdaad sprake is van een directe meevaller, of dat een toerekening aan toekomstige jaren geboden is. We bespreken een aantal echte cadeautjes en een aantal sigaren uit eigen doos.
Korting bij nieuw huurcontract
Het is niet ongebruikelijk dat bij aanvang van een nieuw huurcontract voor de eerste maanden een lagere huur geldt. Dat lijkt een (welkomst)cadeautje, maar is doorgaans een sigaar uit eigen doos: zonder deze tijdelijk lagere huur zou de resterende huur waarschijnlijk navenant lager zijn. De verhuurder is Sinterklaas niet! Vaak is het slechts een liquiditeitsvoordeel: in de periode dat men op de nieuwe locatie nog de activiteiten moet opstarten en daarmee minder opbrengsten genereert, hoeft ook minder huur betaald te worden. Maar aangezien men wel gebruik maakt van het gehuurde object, moet de gemiddelde huur wel als kosten ook op deze kortingsperiode drukken.
Huurkorting vanwege corona
Een uitdrukkelijke uitzondering was de verwerking van huurkortingen vanwege de coronacrisis. Hoewel ook daar zakelijke motieven een rol kunnen spelen – beter tijdelijk een iets lagere huuropbrengst dan dat de huurder failliet gaat en een andere huurder moet worden gezocht – stelt de regelgeving hier wel expliciet dat die korting drukt op het moment van verkrijging of de betreffende maanden.
Verhuurder betaalt mee aan investering huurder
Daarnaast komt het wel eens voor dat de verhuurder bereid is mee te betalen aan investeringen die de huurder doet in het gehuurde pand. Gevoelsmatig wil de huurder dan nog wel eens deze investeringsbijdrage in mindering brengen op de vervaardigingsprijs van deze investeringen, net zoals een investeringssubsidie. Maar ook hier zal deze bijdrage door verhuurder waarschijnlijk strikt zakelijk zijn: verrekend met de huur zal hij gewoon per saldo een zakelijke huur willen ontvangen. De regelgeving gaat niet nadrukkelijk in op dergelijke investeringsbijdragen. Maar op grond van de economische realiteit zal dit veelal een huur-incentive zijn die daarmee verrekend wordt met de huurkosten, in plaats van met de afschrijvingskosten van betreffende actief.
Geen tegenprestatie
Geld weggeven zonder tegenprestatie is algemeen-economisch wat vreemd. Mede daarom is het lastig om een economisch-rationele methode voor verwerking in de jaarrekening te bepalen. Wie zien daarom enige diversiteit in de regelgeving bij de volgende voorbeelden.
Overheidssubsidies
Anders dan de voorbeelden hiervoor, zijn overheidssubsidies wel naar hun aard ‘cadeautjes’. Die worden in de jaarrekening toegerekend aan de periode waarin de gesubsidieerde activiteit het resultaat raakt. Soms heeft de overheid een faciliteit die feitelijk de aard van een subsidie heeft, vormgegeven als een bijzondere fiscale aftrekpost. De verwerking als subsidie of als winstbelasting hangt dan af van oordeelsvorming over de aard van de faciliteit. Voor de jaarrekening is dan het belangrijkste verschil of het voordeel in het bedrijfsresultaat zit (als subsidie), of niet (als winstbelastingen).
Non-profitorganisaties
Voor non-profitorganisaties zijn subsidies vaak een belangrijk onderdeel van de opbrengsten. De regelgeving onderkent dat subsidies ook door niet-overheden kunnen worden verstrekt. Bijvoorbeeld fondsenwervende instellingen die ‘subsidies’ verstrekken aan organisaties met activiteiten rond het betreffende goede doel. Ook die subsidies worden door de ontvanger toegerekend aan de gesubsidieerde activiteit. Deze ‘matching’ wordt echter niet toegestaan bij de subsidie-verstrekkende stichting. Daar is de redenering dat de toezegging van een subsidie direct tot een verplichting leidt, en daarmee tot kosten. Als bijvoorbeeld een subsidietoezegging wordt gedaan voor een periode van drie jaar, dan wordt het volledige bedrag in het jaar van toezegging als kosten en als verplichting verwerkt.
Baten met bijzondere bestemming
De regelgeving onderkent echter ook ‘baten met een bijzondere bestemming’. Het gaat dan om ontvangen gelden waarvoor een beperktere bestedingsmogelijkheid is gegeven dan gezien de doelstelling van de organisatie zou zijn toegestaan en deze beperking is door derden aangebracht. Bijvoorbeeld een weldoener die een bedrag betaalt voor een specifieke activiteit. Deze baten worden verwerkt zodra ze zijn toegekend. Als de besteding echter niet binnen hetzelfde jaar is gedaan, dan wordt binnen het eigen vermogen hiervoor een ‘bestemmingsfonds’ opgenomen. Dus ook hier geen matching kosten en baten, terwijl een subsidie vaak ook het karakter heeft van een bate waarbij een derde partij voorwaarden heeft gesteld aan de besteding.
CO2-emissierechten
Tot slot nog een voorbeeld waar de regelgever van IFRS uiteindelijk niet uitkwam: om niet verkregen CO2-emissierechten. Ondernemingen krijgen dan het recht een bepaalde hoeveelheid CO2 per jaar uit te stoten. Wordt die hoeveelheid niet volledig verbruikt, dan kunnen die rechten aan derden worden verkocht. Wordt er meer uitgestoten dan de toegekende rechten, dan moet het tekort worden ingekocht. Aanvankelijk werd een verwerking voorgeschreven waarbij zowel activa voor deze rechten worden opgenomen, maar ook een voorziening voor de uitstoot, en een subsidie ter grootte van de kosteloos verkregen rechten. Bij nader inzien bleek deze methode rare uitkomsten op te leveren, en werd deze regelgeving ingetrokken, zonder vervanging door een andere methode. In de Nederlandse regelgeving worden twee alternatieve verwerkingsmethoden beschreven.
Auteur: dr. Bart Kamp RA
Hier leest u meer artikelen uit de rubriek Verslaggeving
Dit artikel is verschenen in cm: 2022, afl. 9.