
Sinds de jaren 70 zijn de loonafspraken uit nieuw afgesloten cao’s niet meer zo hoog geweest. De gemiddelde loonstijging in cao-afspraken in februari was 7 procent, meldt werkgeversvereniging AWVN.
De lonen stijgen al maanden op rij en werkgeversvereniging meldt in zijn maandelijkse cao-rapportage dat 2023 nu een gemiddelde loonstijging van 6,4 procent heeft, tegenover 3,8 procent vorig jaar en 2,1 procent in 2021. Omdat er veel cao’s zijn afgesloten vorig jaar zijn er minder aan vernieuwing toe, waardoor het aantal nieuw afgesloten collectieve arbeidsovereenkomsten nu zakt. Toch beslaan de 16 cao’s die nu zijn overeengekomen 340.000 werknemers.
Dreigen met stakingen
Net als eerdere maanden constateert de werkgeversorganisatie dat de onderhandelingen tussen vakbonden en werkgevers zijn verhard. Er wordt regelmatig met acties gedreigd, maar tot nu toe zijn stakingen beperkt tot cao’s die van overheidsfinanciën afhankelijk zijn, zoals het OV en de zorg. Gisteren werd wel bekend dat werknemers van ING voor het eerst in de geschiedenis van de bank staken voor koopkrachtcompensatie door de inflatie, dus dit verschijnsel beperkt zich niet alleen meer tot niet-commerciële sectoren.
Breken met traditie
De stijgingen zijn volgens ABN AMRO opvallend omdat Nederland een cultuur van loonmatiging kent sinds de jaren 80. In die tijd maakten vakbonden en werkgevers afspraken om de loon-prijsspiraal een halt toe te brengen na een periode van lange inflatie en stijgende lonen. Na die tijd bleef loonmatiging de overheersende trend, ook al zakte de inflatie en stegen bedrijfswinsten. In het boek Fantoomgroei beargumenteren Sander Heijne en Hendrik Noten dat mede deze ontwikkeling heeft bijgedragen aan de scheefgroei waardoor werknemers er niet significant op vooruit gingen terwijl de economie jaar op jaar groeide.
De grote loonstijgingen zijn daarom een interessante trendbreuk. ABN AMRO voorspelt dat inflatie zal afnemen dit jaar, maar dat bedrijven nog steeds hogere prijzen zullen willen berekenen, terwijl werknemers loonstijgingen verwachten om de hogere prijzen te compenseren. De bank voorziet echter niet dat een loon-prijsspiraal ontstaat om de inflatie af te remmen. Economen verwachten in de huidige situatie geen loon-prijsspiraal omdat loonkosten geen onderdeel zijn van de huidige inflatie. Die werd gestuwd door hogere energieprijzen. Bovendien wordt de winstgevendheid van bedrijven, mede door de prijsplafonds van de overheid, niet bedreigd en zijn prijsverhogingen door hogere salarissen niet per se nodig.
Vaste bedragen
Werkgevers zijn vaker bereid om akkoord te gaan met vaste bedragen, waardoor laagbetaald personeel ook beter het voordeel geniet van een verhoging, in tegenstelling tot een meer gebruikelijke procentuele verhoging. Ook eenmalige uitkeringen om de structurele loonkosten binnen de perken te houden liggen vaker op tafel. Ook zulke afspraken zijn vooral in het voordeel van lagere inkomensgroepen.