Veel Europese en Nederlandse subsidieregelingen voor R&D en innovatie zijn toepassingsgericht. Dit betekent dat ze sociaaleconomische waardecreatie faciliteren door middel van subsidies voor bijvoorbeeld demonstratie, piloting of opschaling van innovatieve producten, diensten of processen. Regelmatig vragen instellingen of bedrijven toepassingsgerichte subsidies aan - bijvoorbeeld in het kader van een MIT R&D-samenwerkingsproject, SME Instrument of Fast Track to Innovation - zonder eerst de haalbaarheid van hun beoogde innovatie zorgvuldig vast te stellen. En dat is doodzonde, want dit verkleint niet alleen de kans op subsidiesucces, maar ook op een innovatie met werkelijke sociaaleconomische impact.